Bindingspremies hebben al lange tijd de aandacht van de Centrale Medezeggenschapscommissie (CMC). Dit onderwerp is onlangs opnieuw behandeld in de bestuursraad en staat helaas nog altijd open voor discussie.
De toepassing van bindingspremies heeft structurele averechtse effecten. Zo leiden de bindingspremies bijvoorbeeld tot interne concurrentie binnen Defensie en onvrede binnen paarse Defensieonderdelen, als gevolg van ongelijke waardering binnen groepen met exact dezelfde functie, maar enkel een andere kleur pak.
Bindingspremies binnen Defensie hebben weg van een verkapte loonsverhoging bij gebrek aan de mogelijkheid schaars personeel marktconform te betalen. Het betreft echter geen structureel geld. Bindingspremies zijn een individueel tijdelijk beloningsinstrument (voor maximaal 3 jaar), en zijn daarbij niet bedoeld om groepen medewerkers ‘financieel te prikkelen’ zich te binden aan een bepaalde eenheid of specifiek defensieonderdeel. Wanneer deze premies in de toekomst ten gevolge van de maximale looptijd weer moeten worden gestopt zal dit bovendien een demotiverend effect hebben op het betreffende personeel en een negatief effect hebben op het behoud van schaars personeel. De CMC pleit dan ook voor een rechtvaardige toepassing van bindingspremies én voor het invoeren van toelages voor schaarse beroepen zolang een adequaat loongebouw ontbreekt.
De CMC blijft dit onderwerp aankaarten in haar overleg met de Hoofddirecteur Personeel en de Secretaris Generaal.