Missies, oefeningen en trainingen binnen Nederland en daarbuiten kunnen een grote belasting zijn voor militairen én voor hun thuisfront. Het spanningsveld tussen werk en privé is een belangrijke reden waarom medewerkers Defensie verlaten. Door onder andere militairen en hun thuisfront vroegtijdig te begeleiden kan uitval en uitstroom worden voorkomen.
Dergelijke gespecialiseerde begeleiding werd ruim 10 jaar lang geboden door bij de Nederlandse Vereniging voor Relatie- en Gezinstherapie (NVRG) geregistreerde militaire systeemtherapeuten. Hieraan kwam helaas een einde toen deze functies en daarmee deze begeleiding vorig jaar bij een reorganisatie van de Militaire Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ) kwamen te vervallen.
Het afgelopen jaar heeft de CMC meerdere malen gesproken met de Secretaris-Generaal (SG) en de Hoofddirecteur Personeel (HDP) over het verdwijnen van het Defensieaanbod aan systeemtherapie, en de gevolgen van dien. De CMC adviseerde in het belang van het Defensiepersoneel én daarmee van de Defensieorganisatie deze verdwenen dienstverlening alsnog terug te laten keren. Dit met goed resultaat: de HDP heeft toegezegd 2 VTE aan systeemtherapeuten terug te laten keren.
Defensie heeft in tegenstelling tot andere sectoren een eigen gezondheidszorgsysteem met over het algemeen een goed aanbod aan gerichte zorg voor haar personeel. Gezien de aard van de werkzaamheden van dit personeel is dat ook noodzakelijk. Bepaalde relatie- en gezinsgerichte zorg werd tot voor kort enkel vergoed en gegeven wanneer deze verbonden was aan de diagnose van een psychiatrische aandoening. Een dergelijk ‘stempel’ kan voor Defensiemedewerkers als onprettig worden ervaren. Zeker wanneer deze zorg wel noodzakelijk is omdat het probleem ligt in de relatie met het thuisfront terwijl er niet eens sprake is van een psychiatrische aandoening. Tijdelijke gespecialiseerde hulp van systeemtherapeuten NVRG biedt dan uitkomst om het systeem waarvan de Defensiemedewerker deel uitmaakt weer op de rit te krijgen. Daarmee wordt uitval van medewerkers ten gevolge van psychosociale problemen en verhoogde arbeidsbelasting tegengegaan.
Systeemtherapie is dan ook in het belang van het behoud van personeel en onderdeel van goed werkgeverschap. Een mooie bijkomstigheid voor Defensie is dat sinds kort de zorgverzekeraar de dienstverlening ook vergoed wanneer er geen sprake is van een psychiatrische aandoening. De CMC is dan ook verheugd dat de SG en de HDP gehoor hebben gegeven aan het terug laten keren in de Defensieorganisatie van de systeemtherapeuten NVRG.
Wie zijn toch die leden van de CMC? Ditmaal stellen we voor: Ben Theunissen – militair, IT’er en werkzaam bij JIVC, ‘dé IT leverancier van Defensie’. Ben woont samen met vriendin Petra en hond Bep en is al lange tijd lid van de medezeggenschap. Naast lid van de MC Stafelementen van JIVC, plaatsvervangend voorzitter GMC, lid DMC DMO en lid CMC is hij ook vertegenwoordiger van Defensie in de Groepsondernemingsraad Rijk.
De loopbaan van Ben binnen Defensie startte 43 jaar geleden bij een rayon verbindingscompagnie. “Via de functie teamleider helpdesk ben ik de IT ingerold en daar nooit meer uitgekomen. In 1979 kwam ik bij het onderdeel overlegorgaan (OOO). Daar overlegde je met de compagniecommandant over lopende zaken binnen de eenheid. Dat was toen nog niet zo gestructureerd als medezeggenschap nu is onder het Besluit Medezeggenschap Defensie. Maar sindsdien ben ik, met tussenpozen, bij medezeggenschap betrokken geweest.”
Waarom koos Ben ervoor om zich al die tijd in te zetten binnen de medezeggenschap? “Medezeggenschap is dé manier om invloed uit te oefenen op de bedrijfsvoering binnen je eenheid. Belangen behartigen van personeel staat voor mij hoog in het vaandel. In 2018 had ik Defensie al kunnen verlaten met de oude diensteinde regeling (Oder), maar op dat moment was er sprake van dat heel JIVC geoutsourced zou worden. Er zaten toen ervaren mensen in de medezeggenschap, maar juist rond die tijd werd bekend dat veel van hen weg zouden gaan. Er zou dan een nagenoeg nieuwe medezeggenschap samen met de werkgever de reorganisaties in goede banen moeten leiden. Dan moet je stevig in je schoenen staan. Ik vond het toen té belangrijk om de lopende zaken binnen de eenheid op een goede wijze achter te laten en heb ervoor gekozen om de organisatie niet te verlaten. Ik doe medezeggenschap dus niet zozeer voor mijzelf, maar vooral voor de belangen van de organisatie en mijn collega’s. En ook nu zijn er nog grote, ingrijpende activiteiten zoals Grit en Foxtrot, waarvan het belangrijk is om mee te kunnen praten over de effecten op de bedrijfsvoering van JIVC en Defensie in het geheel.”
Ben is officieel niet vrijgesteld voor de medezeggenschap, maar krijgt wel de ruimte om dit te bedrijven. “Daar krijg ik alle medewerking in van mijn werkgever. Ik merk wel dat collega’s, ondanks het feit dat zij ook de gelegenheid krijgen, die ruimte vaak niet nemen. Ze zitten in een spagaat tussen de verantwoordelijkheden van hun taken en de verantwoordelijkheden van medezeggenschap. Die tweespalt wordt mede veroorzaakt doordat zij door hun leidinggevende in hun functioneringsgesprek alleen worden beoordeeld op hun taakgebied en niet op hun werk binnen de medezeggenschap. Er mag best aan een voorzitter van een MC worden gevraagd of iemand goed functioneert, zodat dit kan worden meegenomen in iemands beoordeling. Want medezeggenschap is ook werk.”
Zijn werk binnen medezeggenschap heeft Ben veel kennis gebracht, maar ook veel kennissen. “Kennis is macht, kennissen zijn machtiger. Je doet veel ervaring op en krijgt een brede blik op de organisatie. Op MC niveau doe je dat voor je eigen onderdeel, op DMC niveau voor alle onderdelen binnen je defensieonderdeel en op CMC niveau doe je dat voor heel Defensie. Zo krijg je zicht op alle lopende zaken.” Toch is het animo voor medezeggenschap laag binnen JIVC. “De gemiddelde jonge medewerker die nu Defensie binnenkomt denkt: what’s in it for me? Dat is hen vaak niet duidelijk. Daarnaast heeft medezeggenschap nog steeds een imago van vooral oude, grijze mannen.”
Heeft Ben zelf nadelen ondervonden van zijn rol binnen de medezeggenschap? “Tijdens mijn sollicitatiegesprek voor luitenant werd gevraagd naar mijn rol in de medezeggenschap, of ik daarmee door wilde gaan. Daar heb ik volmondig ja op geantwoord. Ik zat toen al ruim 30 jaar bij Defensie, mij maakte je niet snel meer bang. Achteraf heeft dat ook geen belemmering opgeleverd: ik heb de stap gemaakt. Maar dat is wel iets wat iemand anders kan afschrikken. Soms ben je als medezeggenschapper ook wel eens de luis in de pels. Maar soms ben je juist de motor achter zaken.” Dat medezeggenschap ook die motor kan zijn is volgens Ben bij veel leidinggevenden en projectleiders niet voldoende bekend. “De zeggenschap heeft er wel kennis van en ziet de meerwaarde in van medezeggenschap. Maar een direct leidinggevende denkt vaak enkel aan dat zij worden afgerekend op werkzaamheden op taakniveau. Leidinggevenden bieden soms te weinig ruimte aan MC-leden om tijd aan medezeggenschap te besteden. Ook merk ik bij projecten dat er weinig kennis bij projectleiders is over wat medezeggenschap voor hen kan betekenen. Door medezeggenschap tijdig te betrekken en de ruimte te geven kunnen leden helpen om binnen de organisatie jouw punten naar voren te dragen en jouw doelen te behalen.”
Ben is nu ruim acht jaar lid van de CMC, daarmee is hij het langst zittende lid. “De professionaliteit van de CMC is door de jaren heen flink gegroeid. We zitten nu overal aan tafel, praten op alle beleidsterreinen mee en oefenen onze invloed uit. Het topmanagement weet dat we er zijn en meepraten, daarin zijn we al een heel eind gekomen. Maar toch zien we nog te vaak dingen gebeuren die langs ons heen gaan. Daar valt nog winst te behalen.” Ben zijn dossier is alles wat met IT te maken heeft. Daarnaast is hij afgevaardigde in de GOR Rijk. “Er wordt bij Defensie vaak gekeken wat er gebeurd binnen de Rijksoverheid en dan daarop aangesloten. Binnen het rijk waren facilitaire zaken rondom thuiswerken in coronatijd bijvoorbeeld al snel geregeld, toen moest het bij Defensie nog van start gaan.” Maar er zijn ook resultaten behaald waar Ben trots op is. “Een mooi voorbeeld van wat je kunt bereiken met medezeggenschap is veteranendag. Binnen de Rijksoverheid werken op diverse plekken mensen die vanuit Defensie komen, bijvoorbeeld bij het gevangeniswezen of de politie. Een deel daarvan heeft bij Defensie uitzendingen meegemaakt en is dus veteraan. Binnen de Rijksoverheid was nog niets geregeld rondom veteranendag. Er kwamen steeds meer meldingen van mensen die daar graag naartoe wilden gaan, om daar ex-collega’s te ontmoeten en bijvoorbeeld het defilé mee te lopen. De Rijksoverheid wilde daar in eerste instantie niet aan beginnen. Tijdens een overlegvergadering heb ik bijgedragen aan het overtuigen van de secretaris-generaal van binnenlandse zaken dat daarmee een signaal wordt afgegeven, ook buiten de Rijksoverheid. Commerciële bedrijven hebben ook veteranen in dienst, bijvoorbeeld piloten die werken bij KLM. Er is toen niet besloten dat veteranen een vrije dag krijgen, maar wel dat zij niet ingeroosterd worden op Veteranendag, waardoor zij in ieder geval de mogelijkheid krijgen om erbij te zijn.”
Ben stopt volgend jaar met werken bij Defensie en daarmee eindigt ook zijn rol binnen de medezeggenschap. Hij hoopt dat er voldoende mensen zijn om zijn stokje over te nemen. Nieuwe leden vanuit JIVC zijn in ieder geval van harte welkom! Heb jij interesse om lid te worden van een MC en hoor je graag meer over Ben zijn ervaringen? Of heb je een andere vraag over medezeggenschap? Neem dan contact op met de CMC via cmc@mindef.nl.
Medezeggenschap heeft baat bij een sterk netwerk om goed op de hoogte te blijven van belangrijke zaken die spelen binnen de organisatie. Om dit netwerk te verstevigen gaan de CMC-leden, naast de formele overleggen, ook veel informele overlegmomenten aan. Zo spreken afgevaardigden maandelijks met de Directeur Veiligheid en Directeur Bedrijfsvoering en Evaluatie. Aanvullend daarop vond gister het halfjaarlijks formeel overlegmoment met hen plaats, waarbij de gehele CMC was uitgenodigd. Het bespreken van de rode draden op het vlak van veiligheid en bedrijfsvoering leidde opnieuw tot waardevolle informatiedeling.
Dankzij het verstevigen van het netwerk is de CMC al geruime tijd actief toehoorder van het veiligheidscomité. Aanvullend daarop schuiven afgevaardigden van de CMC voortaan ook als toehoorder aan bij het Bedrijfsvoeringsoverleg Defensie. Dit alles draagt bij om nog eerder en beter op de hoogte te zijn van zaken die van belang zijn voor personeel en organisatie. De CMC kan vervolgens op deze wijze tijdig haar positieve invloed uitoefenen.
Onlangs is de Centrale Medezeggenschapscommissie (CMC) geïnformeerd over Kwaliteit in Beeld (KiB). Dit programma is bedoeld om beter inzicht te krijgen in de kwalitatieve kant van individuele Personele Gereedheid. KiB geeft een vollediger beeld van de inzetbaarheid: wat kan en mag een medewerker en wie is er beschikbaar. Dit is bedoeld om betere sturingsmogelijkheden in de ontwikkeling en inzet van het personeel te bieden. KiB geeft civiel aantoonbare waarden aan de kwalificaties. Het wordt daardoor makkelijker voor medewerkers om kwalificaties te laten erkennen. Verder komen tekorten aan specialistisch personeel door KiB beter in beeld. Het programma is geïntegreerd in de HR-transitie en staat gepland om in de tweede helft van 2021 geïmplementeerd te worden.
Medezeggenschap was nog niet eerder bij KiB betrokken. Het programma wordt omschreven als een verbetering van bestaande bedrijfsvoering en het op orde brengen van data, daarmee zou het geen vernieuwing zijn maar een verbetering. De CMC beraadt zich na deze eerste introductie van KiB aan de centrale medezeggenschap in hoeverre hierin sprake is van voorgenomen maatregelen en op welke wijze de CMC in het vervolgproces aangehaakt wenst te blijven.In de tussentijd worden de projectleiders van KiB binnen de Defensieonderdelen opgeroepen om eenzelfde presentatie te geven aan de DMC’s, zodat ook zij op de hoogte worden gebracht.
Vorige week is de Centrale Medezeggenschapscommissie (CMC) door onderzoekers van het CEAG geïnformeerd over het verloop van het onderzoek sneldiagnostiek performance COVID sneltesten. Dit medisch-wetenschappelijk onderzoek verzoekt militairen om vrijwillig deel te nemen. Dit kan zowel gaan om militairen die direct contact hebben gehad met een COVID-19 patiënt, ziek zijn en vermoeden dat zij in contact zijn geweest met een COVID-19 patiënt of in geen van beide groepen vallen, maar in verband met kritische werkzaamheden graag willen weten of zij antistoffen tegen het virus hebben.
Het onderzoek is bedoeld om de toepasbaarheid van een tweetal sneltesten te onderzoeken. Met deze testen is nog weinig ervaring, zeker in een relatief gezonde populatie als Defensie. In het onderzoek wordt nagegaan of de testen goed de afweer tegen een infectie met het virus kunnen aantonen. Als de testen bruikbaar blijken, dan kan binnen een korte tijdsperiode duidelijk worden of iemand afweer tegen COVID-19 heeft, of iemand anders kan besmetten. Volgens de onderzoekers kan Defensie hierdoor beter en sneller besluiten nemen tijdens de COVID-19 pandemie. Daardoor zou onzekerheid kunnen worden weggenomen en kunnen worden bepaald of iemand ingezet kan worden voor een bepaalde taak.
De CMC blijft de noodzaak benadrukken om lokaal in gesprek te blijven over COVID-19 verwante zaken. Houd de gesprekken gaande met de medezeggenschap en het hoofd diensteenheid, ook bij interesse of vragen over deelname aan dit onderzoek. Bij directe vragen over het onderzoek kan contact worden opgenomen met LKOL arts AJ Soons (Staf CLAS) over praktische zaken zoals het meedoen met de studie, en/of Dr. MJ Plat van het CEAG over AVG gerelateerde zaken en/of met Dr. ID Wijnberg van het CEAG over inhoudelijke zaken aangaande de studie.
Vier leden vanuit de medezeggenschap laten van zich horen in magazine Sterker! Onder andere Frank Jonk en Dennis Oldenburg van de Centrale Medezeggenschapscommissie vertellen over wat zij zoal hebben bereikt met medezeggenschap én waarom medezeggenschapscommissies niet grijs en stoffig zijn.
Een adviesaanvraag, voorgenomen maatregelen en het bereiken van overeenstemming… hoe zit het ook alweer met de bevoegdheden van een medezeggenschapscommissie (MC)? In de praktijk blijkt dat medezeggenschap vaak pas laat in het proces wordt betrokken, of wordt ingeschakeld als er geen sprake is van een voorgenomen maatregel. Dit komt deels voort uit onwetendheid. Omdat dit verstorend werkt in de bedrijfsvoering en onnodige tijdsvertraging kan opleveren, is het van belang dat zowel Hoofden Diensteenheid (HDE) als MC-leden bekend zijn met de bevoegdheden van medezeggenschap. Alle rechten en plichten zijn formeel vastgelegd in het Besluit Medezeggenschap Defensie (BMD). Als hulpmiddel voor zowel HDE’s als MC-leden heeft DOSCO de MZ INFO bladen opgesteld.
MZ INFO blad 1: Overzicht bevoegdheden medezeggenschap Defensie
Het eerste MZ INFO blad toont een uiteenzetting van de bevoegdheden van medezeggenschap, met verwijzingen naar de bijbehorende artikelen in het BMD.
MZ INFO blad 2: Rechten en plichten medezeggenschap Defensie
Het tweede MZ INFO blad beschrijft de rechten en plichten van medezeggenschap. Het komt regelmatig voor dat medezeggenschap wordt gevraagd om instemming, in plaats van advies. Instemmingsrecht komt echter niet voor in het BMD. Indien er een ‘voorgenomen besluit’ wordt genomen, dan ontvangt de MC een adviesaanvraag. MZ INFO blad 2 gaat hierop in en geeft uitleg over het meeweten, meepraten, meedenken,meebeslissen en meezorgen door de MC.
MZ INFO blad 3: Informeren, appreciëren en adviseren
In het derde MZ INFO blad wordt een “drietrapsproces” weergegeven: informeren, appreciëren en adviseren. Links op het blad staan de rechten en bevoegdheden van de medezeggenschap weergegeven, in het midden de Plan-Do stappen en rechts de acties van het HDE richting de medezeggenschap. Bij een (nieuwe) ontwikkeling wordt de medezeggenschap zo vroeg mogelijk geïnformeerd. In de Plan-fase, wanneer het nog geen voorgenomen maatregel betreft, wordt de medezeggenschap om een appreciatie gevraagd. Indien het HDE een voorgenomen besluit ten uitvoer wil brengen, dan wordt de medezeggenschap om advies gevraagd. MZ INFO blad 3 geeft deze stappen overzichtelijk weer.
Aan de MZ INFO bladen kunnen geen rechten worden ontleend. Raadpleeg voor de volledigheid de betreffende wet- en regelgeving in het BMD 2008.
Neem bij vragen over de MZ INFO bladen contact op met de Centrale Medezeggenschapscommissie via cmc@mindef.nl
We gebruiken cookies op onze website om ons websiteverkeer te analyseren. Door op ‘Zelf instellen’ te klikken, kun je meer lezen over onze cookies en je voorkeuren aanpassen. Door op ‘Accepteren en doorgaan’ te klikken, ga je akkoord met het gebruik van alle cookies zoals omschreven in onze cookieverklaring.
Deze website maakt gebruik van cookies om jouw ervaring te verbeteren terwijl je door de website navigeert. Hiervan worden de cookies die als noodzakelijk zijn gecategoriseerd in je browser opgeslagen, omdat ze essentieel zijn voor de werking van basisfunctionaliteiten van de website. We gebruiken ook cookies van derden die ons helpen analyseren en begrijpen hoe je deze website gebruikt. Deze cookies worden alleen in je browser opgeslagen met jouw toestemming. Je hebt ook de mogelijkheid om je af te melden voor deze cookies. Als je je afmeldt voor sommige van deze cookies, dan kan dit je browse-ervaring beïnvloeden.
Deze cookies zijn noodzakelijk om de website goed te laten functioneren. Dit gaat alleen om cookies die zorgen voor basisfunctionaliteiten en beveiligingsfuncties van de website. Deze cookies slaan geen persoonlijke informatie op.
Alle cookies die niet noodzakelijk zijn voor het functioneren van de website en die specifiek worden gebruikt om persoonlijke gegevens van gebruikers te verzamelen via analyses en andere ingesloten inhoud, worden niet-noodzakelijke cookies genoemd. Het is verplicht om toestemming van de gebruiker te verkrijgen voordat deze cookies op uw website worden geplaatst.